Elk jaar worden duizenden herten, reeën en wilde zwijnen aangereden. Om over ongelukken met overstekende honden en katten maar te zwijgen. Wie is aansprakelijk voor de schade?
Afgelopen week maakte een motorrijder in Brabant een flinke buikschuiver na een botsing met een plotseling overstekende ree. Dit ongeluk is helaas niet uniek.
Jaarlijks maken duizenden wilde dieren kennis met de bumper van een voorbij razende auto. In 2013 werden circa 6.300 aanrijdingen met groot wild gemeld bij de meldkamer van de politie. Klein wild, zoals egels, konijnen, hazen en eenden, zijn in die telling niet meegenomen.
Bronsttijd
Vooral in de zomer is het raak. De bronsttijd van reeën is momenteel in volle gang. Die van herten volgt naar verwachting volgende maand.
Daarnaast zijn er ook regelmatig aanrijdingen met loslopende huisdieren en kop-staartbotsingen omdat een automobilist plotseling moet remmen voor een overstekend dier. Het is dus opletten geblazen als je achter het stuur zit. Maar hoe zit het eigenlijk met de aansprakelijkheid? Wie betaalt de schade als het misgaat?
Huisdieren
Raakt je auto beschadigd door een overstekende hond of kat, dan moet de eigenaar van het huisdier de schade vergoeden, ongeacht de schuldvraag. Alleen bij noodweer of overmacht kan hiervan worden afgeweken.
Heb je een WA plus beperkt casco (WA plus) of volledig casco autoverzekering (All-risk) dan kun je de schade claimen bij je verzekeraar. Deze zorgt ervoor dat je auto wordt gerepareerd en verhaalt de schade vervolgens op de hondeneigenaar. De hondeneigenaar op zijn beurt kan zijn aansprakelijkheidsverzekering aanspreken. Het gaat niet ten koste van je no-claimkorting als jij je autoverzekering inschakelt.
Heb je alleen een WA-autoverzekering, dan moet je zelf aankloppen bij de eigenaar van het dier. Vang je bot, dan kun je een beroep doen op je rechtsbijstandsverzekering, als je deze hebt afgesloten. Er zijn ook autoverzekeringen waar je een aanvullende dekking Verhaalservice of Rechtsbijstand Auto kunt afsluiten. Je wordt dan juridisch bijgestaan bij het verhalen van de schade.
Zoals gezegd is de bezitter van de hond of kat in principe aansprakelijk. Wordt een labrador uitgelaten door een buurmeisje, dan moet je de schade niet bij haar verhalen, maar bij de eigenaar van de hond. Ook boerderijdieren, zoals schapen en paarden, vallen onder deze regeling.
Wild
Gecompliceerder wordt het als je een wild dier aanrijdt. Deze heeft immers geen eigenaar, waardoor in principe ook niemand aansprakelijk gesteld kan worden voor de schade. Alleen als het leefgebied van het dier wordt beheerd, is soms de beheerder aansprakelijk te stellen, als deze nalatig is geweest. Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn als een hert is ontsnapt omdat een hek of wildrooster niet goed is onderhouden of als de beheerder heeft verzuimd om waarschuwingsborden te plaatsen.
Ook bij een botsing met een hert is het een voordeel als je een auto WA plus of Allrisk is verzekerd. Je krijgt de schade dan bijna altijd vergoed.
Het moet dan wel gaan om schade door een botsing met het dier zelf. Bij schade door een botsing met een boom of vangrail omdat je moet uitwijken voor een overstekend hert is het een ander verhaal. Deze wordt alleen vergoed door een Allrisk-autoverzekering.
Bonus/malusladder
In de meeste gevallen maak je na een schadeclaim door een botsing met een overstekend hert geen duikeling op je bonus/malus-ladder. Je behoudt dus in principe je schadevrije jaren en je premiekorting. Kijk wel voor de zekerheid de polisvoorwaarden na.
Voor letselschade kun je je indekken met een inzittendenverzekering. Deze is ook af te sluiten bij een WA-verzekering.
Heb je groot wild aangereden, dan ben je wettelijk verplicht om de politie te bellen (telefoonnummer 0900 - 8844). Deze neemt vervolgens contact op met faunabeheer. Doorrijden of het dier in je kofferbak meenemen is strafbaar. Vergeet niet ook je verzekeraar te bellen en maak foto's, zodat de verzekeraar jouw case goed kan beoordelen.
Kop-staartbotsing
Helemaal ingewikkeld wordt het als je plotseling hard op de rem moet voor een overstekende zwanenfamilie en een ander tegen jou opbotst. Hier spelen twee aspecten een rol. Volgens de wet mag je niet plotseling hard remmen zonder verkeersnoodzaak. En als je toch moet stoppen, ben je verplicht om rekening te houden met je medeweggebruikers. Anderzijds moet je als achterop rijdende automobilist voldoende afstand houden om onverwacht te kunnen remmen.
De vraag is dan welk wetsartikel zwaarder weegt: de verplichting om afstand te houden of de regel dat je moet voorkomen dat je het verkeer in gevaar brengt?
Eendenarrest
Interessant in deze is het zogeheten Eendenarrest van twintig jaar geleden. Deze rechtszaak ging over een automobilist die op een provinciale weg remde voor eend die over de weg waggelde en vervolgens werd aangereden door een achterop komende auto.
In eerste instantie stelde de Rechtbank de automobilist die voor de eend op de rem stapte in het ongelijk, omdat hij een onverwacht gevaar op de weg had veroorzaakt, waardoor de achterligger niet meer tijdig kon reageren. In hoger beroep oordeelde de rechter echter dat de achterop rijdende automobilist fout zat, omdat hij niet tijdig zijn auto tot stilstand had weten te brengen. Deze had namelijk op het schadeformulier aangegeven dat hij vermoedelijk onvoldoende afstand had gehouden.
Jaren later volgde een nieuwe, definitieve uitspraak. Deze rechter oordeelde dat algemeen bekend is dat op de weg (en vooral op een provinciale weg) een onverwachte gebeurtenis kan plaatsvinden en dat je hier in je rijgedrag rekening mee moet houden. Dat de automobilist kort voor de botsing heel plotseling en onnodig krachtig moest remmen, achtte de rechter niet bewezen. De automobilist had namelijk verklaard dat hij voorafgaand al wat vaart had geminderd en pas daarna tot stilstand kwam. Hierop moest de achterop rijdende automobilist alsnog de schade vergoeden.
Schuldvraag niet eenduidig
Deze zaak maakt duidelijk dat de vraag wie aansprakelijk is, niet eenvoudig is te beantwoorden. De hoofdregel dat een achterop rijdende automobilist altijd aansprakelijk is, is niet in alle gevallen van toepassing. De rechter neemt de hele situatie in ogenschouw: hoe plotseling en hoe hard trapte de voorste automobilist op de rem? Had hij eerder of minder hard kunnen remmen? Hield hij rekening met het overige verkeer? En hield de achterop rijdende auto voldoende afstand?
Ook het formaat van het dier is van belang. Vol op de rem trappen bij een overstekende ree zal door de rechter eerder worden geaccepteerd dan remmen voor een eend, omdat je in het eerste geval zelf veel meer gevaar loopt.
Elke automobilist heeft dus een eigen verantwoordelijkheid om ongelukken te voorkomen. De rechter maakt op basis van al deze zaken een afweging.
Uitwijken niet altijd verstandig
Uiteraard is voorkomen beter dan genezen. Probeer bosrijke verbieden in de schemering en in het donker zoveel mogelijk te vermijden. Kies indien mogelijk voor een snelweg in plaats van een provinciale weg. Rijd je toch door een bos, voer dan altijd verlichting. Wees alert op wildsignaleringsborden en houd voortdurend de bermen in de gaten. Houd er bij een overstekend hert rekening mee dat er meer kunnen volgen.
Pas verder je snelheid aan. Volgens Staatsbosbeheer is zestig kilometer per uur de meest veilige maximumsnelheid: wilde dieren hebben dan nog de kans om je auto te ontwijken en jij kunt op tijd remmen. Ook in woonwijken moet je met je snelheid rekening houden met overstekende dieren.
Verder is het van belang om de verkeerssituatie goed in de gaten te houden. Rijdt iemand achter je aan?
Steekt een ree plotseling over, dan moet je snel inschatten of je kunt uitwijken of remmen zonder dat je het verkeer in gevaar brengt. Omdat reeën vaak zelf ook proberen uit te wijken kan het soms juist verstandig zijn om je stuur recht te houden. Wijk niet uit op de snelweg: daar rijd je te hard voor.
Neem je deze voorzorgsmaatregelen in acht, dan is een ongeluk nog steeds niet uit te sluiten, maar het risico wordt wel een stuk kleiner.